Vertaal
Vertalingen in elkaar timmeren NL>EN
in elkaar timmeren (ww.)to beat up ; to castigate ; to drub ; to flog ; to put together ; to rack ; to trounce ; to whack ; to whip
het in elkaar timmerenthe lash
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `in elkaar timmeren`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: aframmelen
NL: afranselen
NL: afrossen
NL: aftuigen
NL: in elkaar rammen
NL: ineentimmeren
NL: timmerend in elkaar zetten
NL: toetakelen